Image Alt

Verhalen

Afrikaners en kamperen

Je ziet ze al als je Mozambique uit rijdt richting Zuid Afrika. Nieuwe auto’s, allemaal 4×4, vaak 6 cilinders, de ramen gesloten vanwege hun airco en vaak met twee personen, of met kinderen inclusief opa en oma. Maar herkenbaar zijn ze van een afstand.
Ze hebben allemaal [iets] achter hun auto hangen. Het minste is een gesloten aanhangwagen, maar een offroad-caravan (een Richard-bakkie) of een trailer komt meer voor. Even voor de duidelijkheid, denk bij het woord caravan nou niet aan die overjarige ouwe gevallen zoals je die in NL ziet. Hier is de gemiddelde caravan jonger dan een paar jaar, voorzien van de laatste snufjes en worden de pootjes opgedraaid door een boormachine met verlengstuk dat standaard bij de caravan wordt geleverd. Deze offroad caravans staan hoog op de poten, hebben een dik frame aan de onderkant, dikke offroad wielen en een reservewiel op de achterkant gemonteerd. Een keukenunit wordt zo aan de buitenkant geklikt, immers de binnenruimte is beperkt. Zonnepanelen zijn standaard, zeiltjes boven de ramen die een forse schaduw opleveren zie je bij alle modellen. Nee het zijn luxe bakjes waar je buiten kookt en leeft en de binnenruimte gebruikt om te slapen en TV te kijken (ook weer standaard natuurlijk).

Op hun trailers vindt je soms een luxe speedboot met overmaatse buitenboord motoren, een of meerdere squads, een motorfiets of een paar surfplanken. Die trailers hebben een rail aan de bovenkant waar die herkenbare blauwe gasflessen op staan, bakkend in de zon, blijkbaar zijn wij daar te Hollands voor?

Komen ze op de kampplaats, een stoerder woord dan camping dat ons Hollanders gelijk bij de boer doet belanden, nee, komen ze op de kampplaats dan begint een bijzonder Afrikaans ritueel. Met open mond hebben we het meerdere keren mogen aanschouwen, hoe uit zo’n kleine trekkar een enorme hoop spullen tevoorschijn komen.

Het begint, zonder uitzondering, met een overmaatse koelkast, daarnaast een vrieskist van formaat, beiden gevoed door gasflessen. Dan wordt er een dakzeil gespannen, reken op een afmeting van 10 x 4 meter, gerekend voor 2 personen. ‘Dat is een zeiltje om de spullen te beschermen tegen vallend blad en ook voor een beetje schaduw’ vertelde Lance me, een buitenman in hart- en nieren en een visser van formaat gezien zijn hengelcollectie. Natuurlijk komt er een prachtig zeildoek onder dat afdakje en dat is wat overmaats vanzelfsprekend. Opgerold vult dat 1,5 x 1.5 x 1 meter en het weegt een kilo of 20 schatten we. Er komen tafels uit waar een gezin van 12 personen met gemak een feest kan houden, maar Lance is alleen. ‘Handig voor bezoekers ook, daarnaast aan één tafel werk ik achter de pc, de andere is voor de bereiding van het eten.’ Lance begrijpt onze verwonderding écht niet.

Natuurlijk zijn er voldoende stoelen, maar vooral de Afrikaanse braai is wereldberoemd. Deze barbecue zit in de genen van elke Afrikaner, het vlees kost hier vrijwel niets, twee grote biefstukken, bij elkaar 800 gram, voor € 4,00. Op de meeste kampplaatsen vindt je een braai, standaard op de plek waar je staat. Een beetje houtskool erin en klaar is Geert. De Afrikaners hebben echter meer spullen die ze willen gebruiken.
Een frame met daaronder twee gasflessen die een braaiplaat voeden ook een aparte gaspit. Let wel, frame + gaspitten + gevulde gasflessen wegen al een fors aantal kilo’s. Dan komt een indrukwekkende hoeveelheid braai-gereedschap uit de kist. Van scheppen tot prikkers tot tangen, allemaal van een maat om olifanten mee te bereiden natuurlijk. Dan het servies, alsof de Koningin zelf op bezoek komt. Men vindt het gewoon heerlijk om zich met de beste, meest originele spulletjes te omringen als men gaat kamperen.

In feite is dat ook logisch in dit mooi Zuid Afrika. Het weer nodigt uit om 300 dagen per jaar, maar in ieder geval alle weekenden buiten te zijn. En met buiten bedoelen we in dit geval ook een indrukwekkend buiten. Er zijn bergen, wild stromende rivieren vol met vis, dichte wouden waar volop gejaagd kan worden. De Afrikaander is evenveel een buitenmens als wij, Hollanders, binnenmensen zijn als gevolg van het klimaat.

Uiteindelijk lachen we een beetje besmuikt om al die spulletjes. Maar dan gaat de koelkast van Lance open en biedt hij ons zijn ‘catch of the day’. Hij heeft tonijn gevangen en barracuda, of we een stukje willen, want hij heeft te veel. We krijgen een royaal pak van elke soort, genoeg voor 3 dagen.  Op ons houtvuurtje met vissenklem genieten we bij een ondergaande zon van een heerlijke vis. De volgende dag volgt nóg zo’n pakketje, want hij ziet dat we er van houden. Het kost ons moeite dit allemaal aan te nemen van een verbaasde Lance. ‘Of jullie genieten er van, of ik geef het aan de buren, geloof me.’ Hun gastvrijheid is even groot als de stukken op hun braai. Heerlijk.